Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek

 

Artikel 258
1
De verjaring en het verval van een rechtsvordering waarvan de termijn werd bepaald door het Wetboek van Koophandel, de Wet Overeenkomst Wegvervoer of de Wet Overeenkomst Binnenlands Openbaar personenvervoer, blijft door het vroegere recht beheerst, indien de termijn vóór het in werking treden van Boek 8 is aangevangen.
2
De artikelen 201 en 791 van Boek 8, zoals deze artikelen zijn gewijzigd bij de Aanpassingswet Boek 8, worden, indien de daar genoemde termijnen vóór 1 januari 1992 zijn aangevangen, met ingang van 1 april 1992 van toepassing op de termijnen van verjaring van de eigendom van in de openbare registers teboekstaande zee- en binnenschepen, alsmede op die van verjaring der in die artikelen genoemde beperkte rechten daarop. Deze termijnen worden geacht niet vóór 1 april 1992 te zijn voltooid.
3
De verkrijging van een teboekstaand luchtvaartuig door verjaring, waarvan de termijn werd bepaald door de Wet teboekgestelde Luchtvaartuigen, blijft door die wet beheerst, indien de termijn vóór het in werking treden van titel 15 van Boek 8 is aangevangen.
Slotartikel
Deze wet kan worden aangehaald als: Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek.
Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst, en dat alle Ministeriële Departementen, Autoriteiten, Colleges en Ambtenaren, wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven ten Paleize Soestdijk, 3 april 1969
juliana
De Minister van Justitie,
c
H. F. POLAK.
Uitgegeven de achtentwintigste april 1969.
De Minister van Justitie,
c
H. F. POLAK.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •